Het Duitse Reinheitsgebot.Wat is dat eigenlijk? En is het niet hopeloos verouderd?
Om het nog even duidelijk uit te leggen: Op 23 april 1516, nu dus meer dan 500 jaar geleden, werd in Beieren door hertog Wilhem IV een wet afgekondigd die voorschreef dat bier uitsluitend gemaakt mocht worden van drie ingrediënten: mout, hop en water. Een revolutie voor die tijd. Als je naar het assortiment van de gemiddelde Nederlandse kleine (huur)brouwer kijkt, lijkt het of Reinheitsgebot nooit bestaan heeft. Hoe meer en hoe extremere toevoegingen hoe mooier. En, eerlijk is eerlijk, de Nederlandse consument vraagt er om. Want het is helemaal hip om de gekste brouwsels geproefd te hebben. Je moet er over kunnnen meepraten en het gaat per slot om de beleving. Graag ook nog vergezeld van een druk etiket en een pakkende en/of schunnige naam. Een aangezien Nederland nooit een biercultuur van enige betekenis heeft gehad is er ook geen kritisch kwaliteitsbesef onder de consumenten. O, u wilt een voorbeeldje van wat ik zo al aan toevoegingen voorbij heb zien komen? Speculaaskruiden, koffie, chocola en het halve kastje aan keukenkruiden zijn nog het minst vreemd. Maar ook over bramen, komkommer, dadels, dennetakken, pompoen en inktvis verbaas ik me niet meer. Pindakaas is het nieuwste dieptepunt dat ik heb gevonden. Het is dat de Nederlandse “biercultuur” me niet interesseert, anders had ik waarschijnlijk nog veel meer voorbeelden kunnen noemen. Persoonlijk heb ik wel een mening over het hoe en waarom. Het brouwen met toevoegingen stelt namelijk nauwelijks eisen aan het vakmanschap en de ervaring van de brouwer. Als je komkommer in het bier doet smaakt het naar...komkommer. Brouwsel geslaagd! Uitgebalanceerde hoprassen, verse hopbloemen? Niet belangrijk, handje korreltjes...klaar! Verse gistcultuur / reincultuur? Niet belangrijk, handje korreltjes...klaar! In mijn ogen is het brouwen van allerlei extreme recepten dus alleen maar een zwaktebod. Maar hoe denken deze jongens over brouwers als ik, voor wie het Reinheitsgebot wél heilig is? “Oldschool, niet meer van deze tijd, hopeloos ouderwets, verkoopt niet”. Dat is wat ik te horen heb gekregen. De hippe biertjes daarentegen zijn booming, niet aan te slepen. Maar hoe denken echte ervaren Brouwmeesters er over? Hiervoor laat ik graag aan het woord: 
Peter Kraus, Braumeister van de fameuze Herrnbräu brouwerij in Inglostadt (Bayern), toevallig de stad waar het Reinheitsgebot 505 jaar geleden werd uitgevaardigd. Afgestudeerd en meer dan 40 jaar brouwervaring.
“ Wat brengt het Reinheitsgebot voor de bierkwalitet? Men moet het omgekeerd zien: wat gebeurt er met het bier als het Reinheitsgebot niet zou worden gehanteerd? Het Reinheitsgebot bewaart ons ervoor dat quasi door de achterdeur door het gebruik van steeds meer toevoegingen het bier uiteindelijk een synthetisch product wordt. Als men zich, zoals ik, intensief met voeding bezighoudt, ontdek je al snel dat er vandaag de dag een zee van smaakstoffen, enzymen en andere toevoegingen gebruikt worden, waarvan niemand precies zeggen kan welke uitwerking ze op ons hebben. Ze worden afzonderlijk getest, maar met de optelsom heeft men geen ervaring. En het is ook niet nodig. We bewijzen al 500 jaar dat het zonder kan. Door het Reinheitsgebot af te zwakken zou men goedkoper kunnen produceren, en dat is het probleem. De markt kijkt alleen naar de prijs en de winst en reguleert niets. Als de melk twee maal zoveel zou kosten, heeft de economie de kans om het duurzaam en ethisch verantwoord te produceren. Maar als alles door de markt en het geld geregeld wordt gaat het kwaliteitsbesef compleet verloren. Daarom moet de kwaliteit over de produktie geregeld worden, en daarom is het Reinheitsgebot al 500 jaar een zeer slimme regel. ” |
Katwijksbier 
|
